Skip to content

Begrippenlijst

Begrippenlijst Synthesizers, Keyboards en Accessoires

A

  • Aftertouch: Een functie op een toetsenbord of synthesizer waarmee je extra expressie aan een noot kunt toevoegen door druk uit te oefenen nadat de toets is aangeslagen.
  • Arpeggiator: Een functie op een synthesizer of keyboard die automatisch akkoordpatronen afspeelt door de noten van een akkoord in een snelle opeenvolging te herhalen.
  • Analog Synthesizer: Een synthesizer die geluid produceert met analoge elektronische circuits in plaats van digitale processen, bekend om hun warme en organische klank.

B

  • BPM (Beats Per Minute): Een maatstaf voor de snelheid van een muzikaal stuk, vaak ingesteld met een metronoom op synthesizers en keyboards.
  • Bypass: Een schakelaar of instelling op effectapparaten die het effect tijdelijk uitschakelt, waardoor het oorspronkelijke geluid onveranderd blijft.

C

  • Chorus: Een effect op een synthesizer of keyboard dat het geluid verbreedt en verdubbelt door een kopie van het signaal met een kleine vertraging en een lichte toonhoogtemodulatie toe te voegen.
  • Cutoff Frequency: De frequentie op een synthesizerfilter waarboven geluid wordt doorgelaten en waarboven het wordt afgesneden, waardoor de helderheid van het geluid wordt beïnvloed.

D

  • Delay: Een effect op een synthesizer of keyboard dat een vertraagde kopie van het signaal creëert en afspeelt, waardoor een echo-achtig geluid ontstaat.
  • Digital Synthesizer: Een synthesizer die geluid produceert met behulp van digitale signaalverwerking en -generatie, bekend om hun veelzijdigheid en nauwkeurigheid.
  • Drum Machine: Een elektronisch muziekinstrument dat specifiek is ontworpen voor het genereren en manipuleren van ritmische patronen en drumgeluiden.

E

  • Envelope: Een reeks parameters op een synthesizer die de evolutie van het geluid in de tijd regelen, waaronder de aanval, decay, sustain en release (ADSR).
  • Effects Processor: Een apparaat dat wordt gebruikt om audio te verwerken en te manipuleren, inclusief effecten zoals reverb, delay en chorus.
  • Expression Pedal: Een pedaal dat wordt gebruikt om parameters op een synthesizer of keyboard in real-time te regelen, zoals volume, filter of pitch bend.

F

  • Filter: Een functie op een synthesizer die wordt gebruikt om bepaalde frequenties van het geluid te dempen of te versterken, waardoor het timbre verandert.
  • FM Synthesis (Frequency Modulation Synthesis): Een vorm van synthese waarbij de frequentie van een draaggolfgolf wordt gewijzigd door een modulerende golf, wat resulteert in complexe en harmonische rijke geluiden.
  • Fader: Een schuifregelaar op een mixer of synthesizer die wordt gebruikt om het volume of andere parameters van een geluid te regelen.

G

  • Glide: Een functie op een synthesizer die de overgang tussen twee opeenvolgende noten verzacht door de toonhoogte geleidelijk te veranderen, vaak gebruikt voor portamento-effecten.
  • Groovebox: Een draagbaar elektronisch muziekinstrument dat synthesizer- en drummachinefuncties combineert, vaak gebruikt voor het maken van elektronische muziek en beats.

H

  • Hertz (Hz): Een maateenheid voor frequentie, vaak gebruikt om de toonhoogte van geluid te meten op synthesizers en keyboards.
  • Hold Function: Een functie op een synthesizer of keyboard die een noot vasthoudt nadat deze is gespeeld, waardoor de speler de handen vrij heeft om andere handelingen uit te voeren.

I

  • Interface: Zie MIDI Interface.
  • Internal Memory: De ingebouwde opslagruimte op een synthesizer of keyboard waarin patches, geluiden en instellingen kunnen worden opgeslagen en opgehaald.

J

  • Joystick: Een bedieningselement op een synthesizer of keyboard dat wordt gebruikt om parameters zoals pitch bend, modulatie en filter cutoff te regelen, vaak in meerdere richtingen.

K

  • Keyboard: Een muziekinstrument met toetsen die worden gebruikt om geluiden te produceren, vaak gebruikt in combinatie met synthesizers, elektrische piano’s en MIDI-controllers.
  • Key Tracking: Een functie op een synthesizerfilter die de filterfrequentie aanpast op basis van de toonhoogte van de gespeelde noot, waardoor een consistent timbre wordt behouden over het toonbereik.

L

  • LFO (Low Frequency Oscillator): Een oscillator op een synthesizer die zeer lage frequenties genereert en wordt gebruikt om periodieke modulaties van andere geluidsparameters te creëren, zoals vibrato, tremolo en filter sweep.

M

  • Master Keyboard: Een MIDI-controllerkeyboard dat wordt gebruikt om andere MIDI-compatibele apparaten aan te sturen, zoals software-synthesizers, samplers en geluidsmodule.
  • MIDI (Musical Instrument Digital Interface): Een digitaal communicatieprotocol dat wordt gebruikt om informatie over muzikale prestaties tussen elektronische muziekinstrumenten, zoals synthesizers, keyboards en computers, uit te wisselen.
  • Modulation Wheel: Een bedieningselement op een synthesizer of keyboard dat wordt gebruikt om modulatie-effecten zoals vibrato, tremolo en filtermodulatie in real-time toe te passen.

N

  • Noise Generator: Een oscillator op een synthesizer die ruis produceert, vaak gebruikt voor percussieve geluiden, effecten en sounddesign.

O

  • Oscillator: Een elektronische module op een synthesizer die periodieke golfvormen genereert, zoals sinus, zaagtand, blokgolf en pulsgolf, die de basis vormen voor het creëren van geluid.

P

  • Patch: Een vooraf ingestelde combinatie van geluidsparameters op een synthesizer, inclusief oscillators, filters, enveloppen en effecten, die kan worden opgeroepen en aangepast voor het maken van specifieke geluiden.
  • Pitch Bend Wheel: Een bedieningselement op een synthesizer of keyboard dat wordt gebruikt om de toonhoogte van gespeelde noten te buigen, vaak gebruikt voor expressieve muzikale frasering.
  • Polyfonie: De mogelijkheid van een synthesizer om meerdere noten tegelijkertijd te spelen, bepaald door het aantal beschikbare stemmen of toonkanalen.
  • Portamento: Een functie op een synthesizer die de overgang tussen twee opeenvolgende noten verzacht door de toonhoogte geleidelijk te veranderen, vaak gebruikt voor legato-spel en expressieve frasering.
  • Power Supply: De bron van elektriciteit die een synthesizer of keyboard van stroom voorziet, variërend van interne batterijen tot externe adapters.
  • Preset: Een vooraf ingestelde geluidsconfiguratie op een synthesizer, vaak geleverd door de fabrikant en direct beschikbaar voor gebruik.
  • Program Change: Een MIDI-commando dat wordt gebruikt om van preset of patch te wisselen op een synthesizer, waardoor verschillende geluiden tijdens een optreden kunnen worden opgeroepen.

Q

  • Quantizer: Een functie op een synthesizer die de toonhoogte van gespeelde noten corrigeert naar specifieke muzikale schalen of tonen, waardoor de nauwkeurigheid van de prestaties wordt verbeterd.

R

  • Resonance: Een eigenschap van een filter op een synthesizer die de versterking van frequenties rond de cutoff-frequentie regelt, waardoor het geluid scherper en meer resonant wordt.
  • Reverb (Reverberation): Een effect op een synthesizer of keyboard dat de galm en nagalm simuleert van geluid dat weerkaatst wordt in een ruimte, waardoor een gevoel van diepte en ruimtelijkheid ontstaat.

S

  • Sampler: Een elektronisch muziekinstrument dat geluiden opneemt, opslaat en afspeelt, vaak gebruikt voor het reproduceren van echte instrumenten, stemmen en geluidseffecten.
  • Sequencer: Een functie op een synthesizer of keyboard die wordt gebruikt om muzikale sequenties van noten, akkoorden en ritmische patronen op te nemen, op te slaan en af te spelen.
  • Sustain Pedal: Een pedaal op een keyboard of synthesizer dat wordt gebruikt om de lengte van een noot te verlengen door het sustain-effect toe te passen, vergelijkbaar met het indrukken van de pedaal van een piano.
  • Samplerate: Het aantal keren per seconde dat een geluidssignaal wordt gemeten en omgezet in een digitaal formaat, bepaalt de kwaliteit en nauwkeurigheid van de geluidsweergave op een synthesizer of keyboard.
  • Subtractive Synthesis: Een vorm van synthesetechniek waarbij geluid wordt gecreëerd door complexe golfvormen te filteren en te bewerken om harmonische componenten te verwijderen, resulterend in nieuwe geluiden en timbres.

T

  • Touch Response: Een functie op een keyboard of synthesizer die reageert op de snelheid en druk van de toetsaanslagen, waardoor een expressieve dynamiek en articulatie ontstaat.
  • Transpose: Een functie op een synthesizer of keyboard waarmee de toonhoogte van gespeelde noten in realtime kan worden aangepast, vaak gebruikt om een stuk in een andere toonsoort te spelen.
  • Thru: Een MIDI-thru-poort op een synthesizer of keyboard die MIDI-gegevens doorstuurt naar andere MIDI-compatibele apparaten zonder ze te wijzigen of te verwerken.

U

  • USB MIDI Interface: Een interface op een synthesizer of keyboard waarmee MIDI-gegevens kunnen worden overgedragen tussen het apparaat en een computer via een USB-verbinding.

V

  • Velocity Sensitivity: Een functie op een synthesizer of keyboard die de dynamiek en het volume van een noot regelt op basis van de kracht waarmee de toets wordt aangeslagen.
  • Vocoder: Een effect op een synthesizer dat het geluid van de menselijke stem analyseert en synthetiseert met behulp van een draaggolfsignaal, vaak gebruikt voor robotachtige en vocale effecten.

W

  • Waveform: De vorm van een periodiek geluidssignaal, zoals sinus, zaagtand, driehoek en vierkant, die de basis vormt voor geluidssynthese op een synthesizer of keyboard.
  • Wave Sequencing: Een techniek op een synthesizer waarbij een opeenvolging van golfvormen wordt afgespeeld om complexe en evoluerende geluiden te creëren, vaak gebruikt voor sounddesign en ambientmuziek.

X

  • XLR Output: Een type gebalanceerde audio-uitgang op een synthesizer of keyboard, vaak gebruikt voor het aansluiten op professionele audioapparatuur zoals mixers en versterkers.

Y

  • Yamaha DX7: Een legendarische digitale FM-synthesizer geproduceerd door Yamaha in de jaren 1980, bekend om zijn baanbrekende geluiden en invloed op moderne muziekproductie.

Z

  • Zoning: Een functie op een synthesizer of master keyboard waarmee verschillende geluidsbronnen en instellingen kunnen worden toegewezen aan specifieke delen van het klavier, waardoor complexe arrangementen en lagen kunnen worden gemaakt.